Kleinschalig onderzoek in de klinische praktijk: how to do it
Arnoud Arntz
Trefwoorden: (multiple baseline) case series designs, crossover design
Inhoud workshop
Hoewel veel clinici ideeën hebben over verbeteringen in behandeling of werkzame factoren, testen ze hun hypothesen maar zelden op een wetenschappelijke wijze. Een mogelijke verklaring is dat de Randomized Clinical/Controlled Trial (RCT) zo dominant is geworden dat deze als de enige manier van testen van causaliteit wordt gezien. Het probleem van RCT’s is dat ze erg veel deelnemers nodig hebben, omdat de effecten getoetst worden door het vergelijken van groepen mensen. Het uitvoeren van een RCT die adequate power (kans op aantonen van het effect) heeft is een langdurige en kostbare zaak, waardoor dit al snel buiten de mogelijkheden van clinici (waaronder ook GIOS-sen) ligt. Veel minder bekend is dat er alternatieven zijn die vaak al vanaf 5 deelnemers (liever: 10) voldoende power hebben om een hypothese te toetsen, en die vaak uitstekend in de klinische praktijk in te voegen zijn. Door andere manieren om te controleren voor de effecten van tijd en andere nonspecifieke factoren dan tussen groepen te vergelijken, namelijk door ieder individu als zijn/haar eigen controle te gebruiken, kan een enorme winst worden geboekt. Elke clinicus kan in de eigen praktijk dergelijke onderzoeken uitvoeren. Bovendien zijn er tegenwoordig krachtige statistische methoden voorhanden die de bezwaren van de onbetrouwbaarheid van visuele inspectie van effecten, die vroeger gangbaar was bij case series studies, ondervangen. In deze workshop wordt de gedachtegang achter twee van de in dit verband handigste designs besproken (het multiple baseline case series design, en het crossover design). Deelnemers oefenen met het vertalen van eigen klinische of theoretische hypothesen in een onderzoeksdesign dat ze daadwerkelijk in hun praktijk zouden kunnen uitvoeren.
Leerdoelen
- Het kunnen vertalen van klinische of theoretische vraagstellingen in kleinschalige onderzoeksdesigns toepasbaar in de klinische praktijk
- Begrijpen hoe tijdseffecten, en andere nonspecifieke effecten, van effecten van behandeling onderscheiden kunnen worden
- Het kunnen ontwerpen van primaire uitkomstmaten die aan de eisen van het design voldoen én relevant zijn voor de hypothese
- Een rudimentair begrip verwerven van de statistische analyses
- Het kunnen aanvullen van het kwantitatieve deel van het onderzoek met een kwalitatief deel
- Besef van de noodzakelijkheid van ethische toetsing en privacybescherming (AVG)
Werkvormen
- Instructie en beantwoorden van vragen door de workshopleider
- Het in twee/drietallen uitwerken van eigen vraagstellingen in onderzoeksdesigns, waarbij assistentie en feedback door de workshopleider gegeven wordt.
- Gezamenlijk kritisch reflecteren over enkele onderzoeksvoorstellen.
Literatuur
- Arntz, A., Sofi, D., & van Breukelen, G. (2013). Imagery Rescripting as treatment for complicated PTSD in refugees: A multiple baseline case series study. Behaviour Research and Therapy, 51(6), 274-283.
- Paulik, G., Steel, C., & Arntz, A. (2019). Imagery rescripting for the treatment of trauma in voice hearers: a case series. Behavioural and Cognitive Psychotherapy, 1-17. https://doi.org/10.1017/S1352465819000237
- Roediger, E., Zarbock, G., Frank-Noyon, E., Hinrichs, J. & Arntz, A. (2020). The effectiveness of imagery work in schema therapy with couples: A clinical experiment comparing the effects of imagery rescripting and cognitive interventions in brief schema couples therapy. Sexual and Relationship Therapy, 35, 320-337. DOI:10.1080/14681994.2018.1529411